De juf vertelde even kort een scenario en de kinderen moesten het passende gevoel uitbeelden: bang van een spin, de lotto gewonnen, dringend plassen, de trein gemist, heel erg boos om je onterecht gestraft werd...
Nadien werd één leerling omgetoverd in "een beeldhouwer", de andere leerling in "het beeldje". De beeldhouwer moest een beeldhouwwerkje maken die een sport uitoefent. Kijk maar...
Het werd steeds een stukje moeilijker.
Na het "beeldhouwen" werd de klas in 2 groepen verdeeld. De kinderen kregen als opdracht om een sport uit te beelden, zonder gebruik te maken van gesproken taal.
Iedereen moest 'dezelfde sport' beoefenen, maar moest in een andere houding staan.
Raden jullie mee?
Als afsluit van de les mochten de kinderen allemaal samen een sport uitoefenen. Nu was het de beurt aan de juf om te raden...
Had ze het goed geraden?
Daarop weet uw kind wellicht het antwoord... :-)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten